A&O projectleider Subsidies en Expertise, Eveline Vat, blogt over haar ervaringen bij het ondersteunen van gemeentelijke projecten. "Hoe volg je of het project daadwerkelijk bijdraagt aan je doel?"
Een project start vaak met een goed idee. De kunst van het slagen van het project zit echter niet alleen in de uitvoering van dat goede idee, maar ook in een pas op de plaats en de tijd nemen om door te praten over welk probleem er eigenlijk achter dat goede idee schuil gaat. Wat gaat er mis als je dat goede idee niet uitvoert en is dat goede idee wel een oplossing voor het probleem?
Wat gaat er mis als je dat goede idee niet uitvoert en is dat goede idee wel een oplossing voor het probleem?
Deze vragen zou je in de 'hitte van dat goede idee' zomaar kunnen vergeten. Ik ken het zelf maar al te goed. Heb ik een idee, dan zit mijn hoofd al in de wolken, maar ben ik vergeten een ticket te boeken, naar een vliegveld te gaan, mijn lief en kinderen gedag te zeggen, etcetera…
Ik heb veel contact met projectleiders over evenzoveel projecten die zij bij gemeenten leiden. Wat ik zo leuk vind aan deze gesprekken is dat ik het theoretische denkmodel kan plaatsen naast hun praktijk. Ik mag en kan me verwonderen en kritische vragen stellen. Ik ben er van overtuigd dat het helpt. Echt waar: een goede start is het halve werk!
Na de start ook evalueren en leren
Ditzelfde – verwondering dus, en kritische vragen – geldt tijdens de uitvoering van het project. Hoe volg je of de activiteiten van het project daadwerkelijk bijdragen aan je doel? Ook hiervoor moet je regelmatig een pas op de plaats maken, peilen wat er is gebeurd en wat het effect daarvan is geweest. Wat is er goed gegaan – of anders gedaan dan verwacht – en waarom? Wat kan je doen om bij te sturen richting het vooraf gekozen doel of moet het doel misschien bijgesteld worden? Wij dringen er altijd op aan dat je dit volgen en evalueren bewust doet en hier tijd voor inruimt; het schiet er anders echt bij in. Ook dit kan je een theoretisch denkmodel noemen, dat parallel loopt aan het project, waar iedereen druk is met de uitvoering van de verschillende activiteiten.
Bevlogen medewerkers met een wens, of een goed idee zijn de belangrijkste sleutel om bottom-up tot vernieuwing te komen.
De Toolbox van LabXL van ’s-Hertogenbosch
Een heel mooi praktijkvoorbeeld van interactie tussen theorie en praktijk is het project LabXL van ’s-Hertogenbosch. LabXL is het innovatielab van Den Bosch. Lab XL ondersteunt bevlogen professionals met innovatieve ideeën bij het bottom-up realiseren van die ideeën. Lab XL biedt een veilige plek waar zij in multidisciplinaire teams aan de slag kunnen met vernieuwing.
Omdat we van innovaties houden en die graag stimuleren, wilden we hier best onze ondersteuning aan geven. Graag zelfs! Maar alleen het delen van geslaagde innovaties is voor ons onvoldoende. Wij willen namelijk weten wat de succes- en faalfactoren van innovatief gedrag zijn. Naast het feit dat Den Bosch daar zelf profijt van heeft, zijn die resultaten ook overdraagbaar naar andere gemeenten. Dat maakt LabXL echt waardevol.
Succes- en faalfactoren
Den Bosch heeft om succes- en faalfactoren goed te kunnen meten inmiddels een prachtige toolbox ontwikkeld. Al vanaf het begin van de ontwikkeling zijn een onderwijskundige en een toegepast psycholoog betrokken. Zij hebben een theoretische kapstok gemaakt om succesvol innovatief gedrag van de medewerkers aan op te kunnen hangen. De toolbox is daarop gebaseerd en helpt in de dagelijkse praktijk om dat succesvolle innovatieve gedrag te stimuleren.
De toolbox is gedurende het project ontstaan, aangevuld, gekneed en bijgewerkt. Door zowel bij de start als tijdens het project bewust stil te staan bij de doelen, de duiding en de praktijk is een mooi product opgeleverd, dat ook andere gemeenten helpt bij innovaties. De wetenschappelijk bril heeft er namelijk voor gezorgd dat het niet alleen over Den Bosch gaat.
Voor meer informatie over de toolbox, neem contact op met mij via: eveline.vat@aeno.nl
Je kan niet alles verklaren
Van een afstandje bekeken is misschien wel het leukste van dit project dat, ondanks de wetenschappelijke onderbouwing, ook ervaren is dat je niet alles kunt verklaren, laat staan sturen. Soms gebeurden er dingen die wetenschappelijk “eigenlijk niet konden”. De praktijk is dus echt anders. Betekent dit dan dat die wetenschappelijke onderbouwing nutteloos was? Nee, integendeel! Hier is Den Bosch juist achter gekomen doordat er wetenschappers bij betrokken waren. De praktijk is weerbarstig, maar dat zie je pas als je daar een theoretisch kader naast zet.
De les?
Neem aan de start en tijdens een project echt de tijd om stil te staan bij wat je wilt bereiken, hoe je dat denkt te gaan doen en volg wat er gebeurt en waarom dat gebeurt. Dat klinkt misschien te theoretisch, maar het vergroot echt de kans op een succesvol project! En maak gebruik van de toolbox.
Onze experts begeleiden je graag bij het volgen en evalueren van jouw project. Je krijgt deze expert als wij jouw innovatieve project ondersteunen! Meer weten? Mail mij op eveline.vat@aeno.nl.
LabXL in het kort
Wij geloven dat iedere medewerker een bijdrage kan leveren aan het verbeteren van de organisatie. Zij hebben vaak geweldige ideeën. Deze ideeën variëren van “quick wins”, tot complexe oplossingen met behulp van technologie. Wij doen ons best om die ideeën te laten bloeien. Door bottom-up innovatie te ondersteunen zorgen wij ervoor dat ideeën van professionals uit het werkveld ook daadwerkelijk worden uitgedacht, getest en ontwikkeld.
Bij Lab XL ondersteunen wij bevlogen professionals met goede innovatieve ideeën bij het bottom-up realiseren van die ideeën. Lab XL biedt professionals een veilige plek waar zij in multidisciplinaire teams aan de slag kunnen met vernieuwing. Hiervoor komen wij periodiek bij elkaar op externe locaties. Op die bijeenkomsten combineren wij kennis van belangrijke trends zoals virtual reality, kunstmatige intelligentie en automatisering in de arbeidsmarkt met de realiteit van ons werkveld. Professionals kunnen zich hierdoor verder ontwikkelen waardoor allerlei nieuwe ideeën ontstaan over hoe wij de dienstverlening aan inwoners mooier en beter kunnen maken. Lab XL gaat dus naast innoveren ook over leren; Leren als organisatie door een flexibel ingericht innovatie platform, maar ook leren als professional door actuele kennis te combineren met de realiteit van het werk.
Naast de toolbox is ook een eindrapport opgesteld die steeds een koppeling maakt tussen wetenschappelijke inzichten en de praktijk.
Inspirerend voorbeeld
Cedris is de landelijke vereniging voor een inclusieve arbeidsmarkt. Cedris maakt op een heel creatieve manier gebruik van LabXL.
Eveline Vat
Projectleider Eveline Vat blogt over haar ervaringen bij het ondersteunen van gemeentelijke projecten. “Hoe waardevol is het dat wij de kennis van gemeenten zelf kunnen gebruiken om de ontwikkeling van andere gemeenten te stimuleren?”
A&O fonds Gemeenten ondersteunt gemeenten bij het worden en blijven van wendbare organisaties met flexibele en vitale medewerkers. Weten wat wij voor jou kunnen betekenen?
Kijk bij Subsidies of neem contact op met Eveline Vat via eveline.vat@aeno.nl.